Hoe werkt de omgevingswet?
Met de omgevingswet komt er meer ruimte voor ideeën van burgers met en zonder beperking. Burgers kunnen meedenken met onderwerpen waar de omgevingswet over gaat. Op hun beurt kunnen gemeenten daardoor meer met de inwoners meedenken. Zo kunnen ze samen de omgeving beter leefbaar en inclusiever maken. De nieuwe omgevingswet zorgt er ook voor dat gemeenten en provincies meer vrijheid hebben om zelf te bepalen wat er wel of niet mag in de omgeving. Denk aan bouwen, maar ook milieu en de natuur.
Wanneer krijg je met de omgevingswet te maken?
Je krijgt ermee te maken, wanneer je iets in je leefomgeving wil veranderen. Bijvoorbeeld: je hebt plannen voor het verbouwen van je huis of je wil een boom kappen of een schuurtje bouwen. Maar je kunt ook met de omgevingswet te maken krijgen als anderen iets willen veranderen in je leefomgeving. Bijvoorbeeld als je buren een stuk aan hun huis willen bouwen of een bedrijf in de buurt het kantoor wil vergroten. Nog een voorbeeld: wil de gemeente een nieuwe weg aanleggen, heeft ze een plan voor een nieuw park, of wil ze een nieuwe wijk aanleggen bij jou in de buurt? Dan moet ze jouw buurt de kans geven om met ideeën te komen en mee te denken. Hierdoor wordt het plan waarschijnlijk beter en is er meer steun voor de veranderingen in je buurt
Hoe moet je het aanpakken?
Wanneer je dus bijvoorbeeld iets wil verbouwen moet je gaan uitzoeken of je er een vergunning voor nodig hebt of dat je een melding moet doen. Dat kan in het Digitale Omgevingsloket. Hier is informatie te vinden over de regels en plannen van gemeenten, provincies, waterschappen en het Rijk.
Het plan dat jouw gemeente over de omgeving heeft gemaakt vind je in het Omgevingsloket. Je kijkt in het Omgevingsloket of je een vergunning nodig hebt of dat je een melding moet doen. Daarna kun je in datzelfde loket je aanvraag doen.